Klassieke zangtechniek ligt ten grondslag aan lichte muziek
Ik ben van mening dat een goede klassieke techniek altijd ten grondslag moet liggen aan de zangtechniek van de lichte muziek en die vond ik bij John Lehman.
John was tweede dirigent, keyboard speler en vocal coach in de musical “Cats” in Carré en had de muzikale leiding van “Move”met Karin Bloemen. Hij is afgestudeerd dirigent en componist. Omdat ik dans en zing, ben ik altijd zeer geïnteresseerd in docenten die zangles kunnen geven aan dansers. De combinatie van dansen en zingen vraagt een krachttraining van het lichaam in diverse soorten van dans zoals klassiek, jazz, modern, tap, show en een stem training in klassieke zangtechniek tegelijkertijd.
Dansers hebben een hogere ademhaling dan zangers – dat is waar – maar ze hebben ook een hogere spierspanning en meer energie om het middenrif vanzelf te laten dalen, waardoor de adem lager komt. De stem rust a.h.w. op de bekkenbodem.
Werkvormen voor de lichte muziek.
Momenten uit een zangles voor musical van John Lehman.
John Lehman gebruikt ongeveer een kwartier van de zangles voor oefeningen. Hij warmt de stem op met oefeningen om het middenrif actief te maken door snel in- en uit te ademen, te hijgen als een hond. Hij laat leerlingen snurken bij het inademen waardoor je het weke gehemelte voelt bewegen en de resonans ruimtes open maakt. Twee oefeningen: snurk bij het inademen om het weke gehemelte te voelen, en gaap om het strottenhoofd laag te laten. Stel je voor dat je hete peper in je mond hebt waardoor je snurkt, en zing een kwint omlaag op GA GA enz. GO GO enz. KA KA enz. of ZA ZA enz. Om te voelen dat de tong weggaat van het weke gehemelte. De tong moet ontspannen zijn. De onderkaak mag niet bewegen. Als de tong laag is, is het geluid meer helder, omdat het in de mondholte komt en resoneert. Bij de IE gaat de tong op. Hij laat octaafsprongen doen op Wi of Vi van (a naar a’ g’ f’ e’ d’ c’ b a) met daarna een toonladder naar omlaag om het verschil van kop- en borststem te oefenen: jodelen. Zing Tee ree als: “is” laat de s weg, dan wordt het echt “i”.
Beweeg het gezicht en doe met de ontspannen mondholte en lippen: bbrrr, snik, hik, hoest, nies en lach. Sobbing. In”zuchten” helpt ook. Zangers die snikken hebben hun stem nooit schade berokkend, zoals goede Italiaanse of Country en Western zangers. Rock zangers doen wel slechte dingen met de stem.
Wat John na de oefening doet is je karakter bepalen
Dit betekent dat een leerling met een stem in een bepaalde kleur een liedje krijgt van een karakter uit een musical die dat stemtype heeft. Het stemtype van een zanger wordt niet door de stemomvang, maar door de kleur bepaald. Repertoire wordt voor een kleur geschreven. Door de kleur van de stem aan te passen en te vervormen, kan men repertoire zingen van een stemkleur die niet de oorspronkelijke kleur is.
De lucht van je stem trilt
Het geluid resoneert nasaal in de neusholte met het bewegen van het weke verhemelte. Het klinkt met het strottenhoofd laag als de Amerikaanse radio presentator. Resonans voorin = perfecte articulatie van tongpunt en tanden. Resonans achterin = donker strottenhoofd-laag. Kopresonans = helder. Kopstem = donker. Waar de stem resoneert heeft te maken met de plaatsing.
Maak een stemmetje
Helder voorin, donker achterin.
Er is een microfoon en geluidsversterking voor pop, en de akoestiek van de zaal voor de resonans en toon plaatsing in de opera. Een voorbeeld van resonans en toon plaatsing achterin is “When will thou save the people” uit Godspell en “Say you love me” uit “The Phantom”. Voorbeelden van opera-achtig zingen met de plaatsing van de stem voorin, gezongen door Barbara Cook, zijn “Cunegonde” uit “Candide”, “Music man”, “Showboat” en “She loves me”. Ze “praat” het stuk door. Een ander voorbeeld is Julie Andrews. Zij zingt sopraan in “My fair lady”: “Without you”.
De “OE“ gaat in kopstem. In het refrein zingt ze in borststem: “There’ll be spring every year without” in kopstem en “you” in borststem. Het strottenhoofd is op, zonder steun van het middenrif met dichte strot. Tegenwoordig zingen veel vrouwen in kop en borststem. Julie deed dit 35 jaar geleden nog niet zo. Wel nu in “Victor Victoria”. Een slaperig geluid is er met het strottenhoofd laag die connectie maakt met het middenrif.
Muziekstijl
De “Style” is de manier waarop je de stem gebruikt. Kopstem: sopraan, alt, tenor, bariton, bas. Licht of zwaar. (High, medium en low-belt).
Makkelijke tonen zingen
De “Range” is het stemtype. (soprano, alto, tenor or baritone). Het gaat niet om de stemomvang, het gaat erom waar de meeste noten van het lied liggen, en wat voor kleur stem je wilt hebben. Voor John bepaalt de kleur van de stem of het repertoire voor soprano, dramatic soprano, spinto, lyric soprano, soubrette, mezzo soprano, of contra alto gekozen wordt.
Licht en donker
De stemomvang is niet zo belangrijk als de kleur bij het bepalen van het repertoire. Een mezzo kan vaak zeer hoog zingen, terwijl de stem donkerder is dan die van een sopraan. De mezzo hoeft niet zo vaak hoog te zingen, maar moet toch die hoogte kunnen halen. Een contra alt zal een beetje lager zingen. Slechts omdat het een donkerder stem zal men de toonhoogte iets lager bepalen. Een sopraan zingt vaak even hoog als een mezzo sopraan of een contro alto.
Bijvoorbeeld, de bas die de aria zingt met de jas uit “La Bohème”. De laagste toon is een Cis. Nu zingt bijna iedere tenor een Cis in zijn repertoire. Het is een gewone noot, die niet erg laag is. De bas aria gaat tot E, wat een normale toon is voor een bariton. Het is niet erg laag. Het gaat niet tot een F zoals Sarastro, maar de kleur is zoals men wilde, omdat het in een mineur toonsoort geschreven is. En men wilde dit echte, donkere zware geluid van een bas. Het is een basaria door de kleur van de stem, het is niet de stemomvang van een bas.
Ik (Saskia) ben een lyrisch sopraan (dit is de kleur), met de omvang van een mezzo sopraan. Er zijn veel mensen die een bepaald uiterlijk hebben, waardoor je andere toonhoogten zou verwachten dan ze kunnen zingen. Ze zijn beperkt door het uiterlijk van een bepaald stemtype, en een natuurlijk geluid dat daar niet bij past. Als je geluk hebt, heb je korte, kleine stembanden en veel kop resonans, waardoor je een sopraan of tenor bent, of je hebt lange stembanden, en een grote, lange hals en veel borst resonans. Dan ben je een contra alt of een bas. Maar sommige mensen hebben lange stembanden en resoneren hoog in het hoofd, waardoor ze een donker geluid hebben, maar zeer hoog, en dit past niet bij een zeker stemtype, maar hun stem resoneert hoog in het hoofd, of ze zien er uit als een tenor, maar ze zingen heel laag. Het uiterlijk van iemand geldt niet voor wat we normaal zien als stereotype. Het is de taak van de docent om de stemomvang iets uit te breiden, zodat ze kunnen zingen in het deel van de stem waar ze normaal resoneren, (kop resonans en borst resonans) om ze hoger of lager te krijgen, zodat de resonans meer past bij hun stemomvang. Het is geen probleem tot mensen rollen gaan casten voor shows, en dan komt het er op aan. Het hangt ervan af of een docent een echte alt wil horen met een donkerder geluid of iemand die zijn stem donker maakt, verdonkert.
Bovenkant van de stem
John Lehman werkt aan de ontwikkeling van de kopstem door klassiek repertoire (opera) en legit in te studeren, en aan de “belt-voice” door stukken uit musicals te laten zingen zoals: “The ladies who lunch”, “You gotta get a gimmick”, “Some People” en “What did I have that I don’t have?” Hij werkt op die manier zowel met professionals als met amateurs en geeft privé les en workshops van groepslessen waar duetten en ensemble stukken gezongen kunnen worden. De methodiek is gericht op het snel opnemen van repertoire, opslaan in het korte geheugen en reproduceren. Het gaat om het trainen van de hersenen om steeds nieuwe programma’s (liedjes) en musicalrollen in te kunnen studeren.
Personage
Om verschillende emoties van karakters te kunnen weergeven en vertolken, laat hij een leerling een stuk op diverse manieren zingen. Woedend, als een “wicked witch”, als een clown, verdrietig of heel vrolijk, als een opera zanger, schaterend van het lachen, of als een kind dat tegen zijn beer praat. Hij geeft veel repertoire om te leren.
Oefening voor belt voice: Schreeuw, roep hut, two, three, four. Zing “Look at you and me” als Aldonso uit “De Man van la Mancha”, als “Carmen” meer degelijk. Of komisch als Carol Burnett. Hoe zou een bibliothecaresse het zingen? Of Bette Midler. Deze “style” heet Musical comedy, het is grappig, het is als spreken. Zing het als Marie Antoinette.
Spreekstem
John vraagt om de stembanden een beetje meer te “flaxen”. Er is een grens, waar een stembreuk komt. Als er geen lucht tussen de stembanden door stroomt, kun je stem knobbeltjes krijgen, maar zolang de adem stroomt is er niets fout.
Er is een deel van de stem dat helder klinkt in het zware register. Dat komt omdat de stembanden goed gespannen zijn. Er kan veel lucht zijn, zoals bij Marilyn Monroe of de stembanden zijn zo gespannen dat er geen lucht door gaat. Chest voices, sob, of inzuchten, “to get a more belting and louder sound”: “i” i.p.v.”ie”, en “ee” i.p.v. “e” en “wh..ere” met veel snikken en erg intens, sterk. Meer met de achterkant van de tong werken. In “You’ve gotta get a gimmick” zijn drie danseressen die aan een nieuw meisje advies geven in een “original striptease club”. Er zijn komische acts van bijvoorbeeld een danseres die sigaren rookt en een gek kostuum draagt en op een bugel speelt. Dat is haar “gimmick”. Ze zegt: “Look honey, if you want something in this business, you need something unique”. Een andere stripper heeft een pak met kerstlichtjes op haar kostuum. Een derde heeft vleugels van een vlinder, danst op spitzen klassiek ballet en heeft “a Brooklyn accent. She thinks she’s so refined”.
Een lied kan als oefening gebruikt worden
“Tonight” uit “West Side Story” is goed om neergaande toonladders te oefenen. “Where or when” is om stijgende toonladders te oefenen. “Steppin’ out” is om de syncoop te leren zingen, en “Later than spring” is geschikt om achter de tel aan te zingen.“Skylark” is een goede oefening om niet zacht te zingen, maar als een echte draak, een melodrama: “a real torchy ballad. Just sob your guts out. Veel snikken. Het snurken helpt de resonans open te maken (de hoge kopstem). Wat je dan doet is “change the production” in het strottenhoofd (“voice box”), door hardop naar binnen te ademen. Het slijm gaat dan naar binnen zodat je het weg kunt slikken. Ook zo met “Mean to me”. Phantom: Carlotte Vitocelli is een karakter als Lilly Garland (“On the Twentieth Century”). Ze is mysterieus en streng. Zij kent de Phantom en weet dat hij niet slecht is. Er is een “ballet mistress”, een mooie dramatische sopraan, een “operatic soprano voice”. De ander is “ballet mistress”, docent. Ze is een mezzo-soprano. Ze is Italiaanse, flitsend met een Italiaans accent. Ze heeft een zeer flamboyant theatraal karakter. Zing het als Maria Callas, een opera diva, en doe alsof je erg Italiaans bent. Praat met een Italiaans accent.
Een karakter als Lily Garland van ”Look at you and me” is “sweet overcovered nasty”. Dit liedje heeft meer variatie nodig om het publiek zoveel mogelijk te laten zien van wat je kunt. Speel het als Marie Antoinette uit de restauratie periode, met waaiers en grote pruiken. Wees de heks uit Hans en Grietje. Zing het als Aldonso de hoer uit Man of la Mancha. “Low gutter, kitchen worker, she is sexy and tough by life”. Nu kies je uit die typetjes de beste stukken. De “heks” had de beste lach, “Marie Antoinette had het beste “mooie” stukje”.
Voor de uitspraak
Elke OE spreek je uit als “je”: laat kaak vallen, los, zodat de OE meer helderheid krijgt en naar buiten kan klinken. Zing:
e’ d’ cis’ b a op: Ha a a a a Laat je neus open bij de Hhhha.
Zing op: Za za za “feel it really gutsy”.
Meer helder en luider. Zucht gedurende een hele regel lucht naar binnen terwijl je tekst zegt en zingt. Dan zing je een regel alle tekst en dan zucht je weer een regel in. Als je praat, neigt je stem ook naar een “mixy voice”.
Alleen wanneer je de lage noten zingt, is de stem niet zo sterk. “The ladies who lunch” is low belt, ga er in door te huilen: “sob into it because it’s real talky”. Zing als een ster die denkt: “Here’s the place where I show up”. Waar je kunt laten zien wat je kan. Zing lage noten in borst stem. Zing liedje van Marlène Dietrich in borststem:
“Falling in love again, never wanted to. What am I to do? Can’t help it. Love’s always been my game. Play it how I may. I was made that way. Can’t help it. Men cluster to me like mots around the flame, and if their wings burn, I know I’m not to blame. Falling in love again, never wanted to. What am I to do? Can’t help it”.
Denk aan Bette Middler of Nell Garter die “sings through her nose”. Mae West, of Sophie Tucker. Imiteren van mensen “gives you permission to make sounds that otherwise would not be so comfortable for you.
Maak van de “IE” klinker een “aaaaah” of een “eeeeh”. Hou je kin op, hoofd recht. Als je “belt”, pas dan op dat je niet in de mixed voice gaat, bij “You gotta get a gimmick” en “Some people” maar blijf belten. Octaaf sprong maken van belt naar sopraan helpt: jodelen.
Tempo
Het gevoel voor tempo moet stabiel zijn. Dit oefen je door spieren veel te gebruiken. Hoe groter het bewustzijn, des te beter kun je tempowisselingen toepassen. Tap ontwikkelt het ritmegevoel. Sommige hogere dieren kunnen een snellere of langzamer hartslag hebben. In een noodtoestand lijkt de tijd anders te zijn. Is er niets te doen, dan duurt de tijd een eeuwigheid. John speelde piano met een metronoom, en de mensen dachten dat het tempo anders was dan de dag er voor. Op sommige dagen waren leerlingen hyperactief, en de dingen leken langzaam, als ze moe waren, leken de dingen sneller te gaan.
Oefening voor sopraan: niet “Aaaah” maar meer breedte, “Eeeeh”.
Zing kwint omlaag op “njea njea” zodat het geluid helder wordt. Nu op “pui pui pui” iets minder mooi, meer als “pui” a puppet. Nu zing je de woorden, en denkt aan snurken. Nu whole thing on “Vie Vie” and make a full sound. “Poi la nave entra romba saluta”enz. Uit “Madame Butterfly”. Nu is er meer een compleet geluid van bovenkant en onderkant van de stem.
Snel veranderen van kopstem naar borststem. Het is belangrijk om de resonans van de stem snel te kunnen wisselen van kop naar borst. Resonans: We kunnen resoneren in ons hoofd en in onze borst. Wanneer je het weke gehemelte lift, gaat het geluid in de kopstem of je maakt de keel open voor de borststem. Dezelfde toon kan als tenor klinken, of veel lager als bariton of bas. Een goede musical stem moet beide hebben. Mensen die een korte hals hebben en hoge jukbeenderen klinken vaak als tenor en sopraan. Mensen met een lange hals en lange gezichten neigen naar een lager geluid en lagere resonans. Snurken helpt je om meer resonans te krijgen. Je voelt het weke gehemelte tegen de achterkant van de tong. Dus als je bij iedere inademing snurkt, bijvoorbeeld in “O, moon, grow bright” uit “Tonight” en je zingt het intens, sterk, ofschoon het zacht is hou je het in de kopstem. Dan klinken de hoge noten voller. “You’re nose closes a little when you’re get passed a certain pitch, so sing it on a “VVEE” John zingt het voor met lage resonans, en met “neus dicht”. Wat nodig is, is de tekst zingen en voelen dat de woorden allebei de “sounds” hebben: “Head resonance and head voice”. De “IE” klinker is voor kopstem de meest heldere klank om allebei te voelen, want de “IE” is natuurlijk helder, en dan hoef je alleen de klinker donker te maken. “Naturally bright, and then you can just make the vowel dark. VIE is a good way to feel both the upper and the lower resonance.
Wat je voelt
Wat mijn eigen stem betreft heb ik na dertig jaar zangles geleerd dat:
Het laagste deel van mijn stem is spreek zingen, medium belt. Geschikt voor repertoire als: “Maak plezier, geef ze gein” uit “Singing in the rain”, “I feel the earth move under my feet” van Carole King, “Kom sluit je maar aan” uit Oliver en “Als ik wist dat je zou komen had ik de loper uitgelegd” van Tom Manders (pop en rock). Dan komt er een deel “nachtclub jazz” voor liedjes als “With every breath I take” en “Skylark” Dat klinkt van boven naar beneden als huilen, en van beneden naar boven als lachen. (Full voice, operatic, ballad of up tempo). Daarna mixed: “Nevertheless” en “Steppin’ out with my baby”. (Entertainment, niet te hoog of te laag, maar het midden van de stem). Dan het lichte register waarin ik lachen kan “Hello, young lovers” en “Getting to know you” Dit is een classic uit een musical. Dit komt van “light classical” singing. Het is de stijl die op Broadway begon met operette. “Hello young lovers” is een dramatic song. Daarin is veel dynamiek. Het is luid en zacht. In het lichte register zijn de hoogste tonen die als effect gebruikt kunnen worden in “Look at you and me” en “Gooch’s song”, een “character song” uit de musical comedy.
Teksten vertalen
Om teksten te kunnen vertalen moet je het alfabet van begin tot eind en van eind naar begin snel kunnen opzeggen.